Wat is de betekenis van Zwijnen?

2024-04-23
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

zwijnen

(19e eeuw)(< Dui. Schwein haben) (oorspr. stud., thans inf.) geluk hebben (bij het biljartspel). Volgens sommige bronnen oorspr. gezegd van iemand die bij een wedstrijd (bijv. schutters- en andere wapenfeesten) de laagste prijs wint: een varken. • Zwijnen, (k.m.a.), gelukkig zijn bij repetities of examens. (Taco H. de Beer en E. Laurillard...

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zwijnen

zwijnen - Werkwoord 1. (inerg) onverdiend geluk hebben Je hebt gewoon gezwijnd bij dat tentamen! zwijnen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zwijn Synoniemen mazzel hebben

2024-04-23
Jargon & Slang van Studenten

Marc De Coster (2017)

Zwijnen

Zwijnen - studeren, zie ook hengsten. Gezwijnd hebben: onverdiend geluk hebben; daar kunje niet tegenop zwijnen: de ander heeft meer geluk danjij. Wellicht ontleend aan het bijgeloof dat een zwijn geluk brengt, al meent Huizinga dat de uitdrukking teruggaat tot het volksgebruik waarbij in een wedstrijd als laagste prijs een varken gewonnen kan wor...

2024-04-23
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

zwijnen

Geluk hebben (op een spel). Een paar dat een ogenschijnlijk dicht grootslem mist, ‘zwijnt’ als blijkt dat dit slem door een onwaarschijnlijk zitsel niet te maken valt. Zie ook:

2024-04-23
Mokums woordenboek

Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)

zwijnen

mazzel hebben: Parooll.

2024-04-23
Encyclopedie van het dierenrijk

W.Eigener (1970)

Zwijnen

Onderorde Nonruminantia Niet-herkauwers Familie: Suidae Zwijnen (Babirussa, Dicotyles, Hylochoerus, Phacochoerus, Potamochoerus, Sus) Zwijnen zijn de kleinste niet-herkauwende hoefdieren, gekenmerkt door voeten, gebit en slurfsnuit. Alleen de twee grootste tenen met hoeven raken de grond, en maken een spoor. De beide kortere, buitenste zgn. achterk...

2024-04-23
Dieren-encyclopedie

Lize Stilma (1961)

Zwijnen

Zwijnen zijn hoefdieren, wilde varkens, die het liefst in bossen of bij het water rondscharrelen en de mannetjes van alle soorten hebben stoottanden of — om anders te noemen — een wroetschijf. Zie wrattenzwijn.

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zwijnen

(zwijnde, heeft gezwijnd), 1. in lage ongebondenheid leven, een liederlijk leven leiden ; 2. boffen (in het biljartspel en anderszins); (ook) zeer slecht spelen; 3. blokken.

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zwijnen

zwijnde, h. gezwijnd (een vuil, liederlijk leven leiden; ook: boffen).