Wat is de betekenis van zwaantje?

2024-04-20
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

zwaantje

1) (1925) (Barg.) fiets. • Eigenaardige tegenstellingen zijn soms op te merken: spreken de „jongens" over een fiets, dan bedoelen' ze daarmede 2 rijksdaalders, terwijl een rijwiel een zwijntje, in Amsterdam we! eens verbasterd tot zwaantje, heet. (Rotterdamsch Nieuwsblad, 06/05/1925) • Als ze menselijk behandeld worden, menen ze no...

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zwaantje

zwaantje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zwaan 2. (zelfstandig verkleinwoord) (voeding) een gebakje van bladerdeeg en room in de vorm van een zwaan Wilt u misschien een zwaantje?

2024-04-20
Jargon & Slang van Havenarbeiders

Marc de Coster (2017)

Zwaantje

Zwaantje - 2 kg. Zie aapje.

2024-04-20
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

zwaantje

motoragent (informeel) Op een dag wordt het plein door soldaten afgezet. Achter de dranghekken wachten vele mensen. Sommigen met bloemen. Ik ben met mijn moeder. Een geladen sfeer. Motorrijders van de rijkswacht, die zwaantjes worden genoemd, racen heen en weer. (Monika van Paemel, De vermaledijde vaders) Belgisch-Nederlandse...

2024-04-20
Mokums woordenboek

Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)

zwaantje

zie zwijntje.

2024-04-20
Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

zwaantje

(het; -s) GY - hangstand aan de ringen met holle rug en de voeten eveneens in de ringen, syn. vogelnestje.

2024-04-20
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

zwaantje

(de, -s)motoragent die het wegverkeer controleert. Zij zijn de twee gepensioneerde rijkswachters, allebei een lange carrière als zwaantje achter de rug en nu dit. - BvL, 29-07-2002 Begin dit jaar protesteerde de verkeerspolitie - de ‘zwaantjes’ - al eens uitdrukkelijk tegen het feit dat ze haar core business, de controle op het...

2024-04-20
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

zwaantje

Politieman, behorend tot de rijkspolitie, die zijn functie uitoefent op een motorfiets: motoragent; (coll.) motorpolitie. Een motoragent of een motorrijkswachter noemen wij beeldend een zwaantje, GALLE 1970, 183. Onze Zwaantjes zijn keiharde knapen ... Rustige maar besliste mensen. Op machtige motors. Met scherpe ogen op de weg. Met sterke handen...

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Zwaantje

v -> Swaen (Ze. en Dr., Lexmond).