Wat is de betekenis van Zuur?

2024-04-17
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

zuur

(1913) (stud.) onaangenaam, bitter. • 'n zuur geval (verlies): onaangenaam, bitter. (Jac. van Ginneken: Handboek der Nederlandsche taal. Deel I. De sociologische structuur der Nederlandsche taal. 1913)

2024-04-17
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zuur

zuur - Zelfstandignaamwoord 1. zure vloeistof, die een verhoogde concentratie waterstofionen bevat 2. (scheikunde) een chemische stof die in water opgelost in staat is waterstofionen af te splitsen: arrheniuszuur 3. (scheikunde) een molecuul of ion dat in staat is waterstofionen af te splitsen: brønstedzuur 4. (scheikunde) een molecuu...

2024-04-17
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

zuur

zuur - bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord 1. het geeft je een vervelend gevoel ♢ het is zuur voor hem dat het feest niet doorgaat 1. zuur kijken [onvriendelijk] 2. iem...

2024-04-17
Jargon & Slang van Studenten

Marc De Coster (2017)

Zuur

Zuur - onaangenaam, bitter: een zuur geval, verlies.

2024-04-17
Familienamen

Leendert Brouwer (2017)

Zuur

Oorspronkelijk een bijnaam voor een zuur, grimmig, chagrijnig persoon, een zuurpruim.

2024-04-17
Culinair van a tot z

Peter Joh. M. Zuidweg (2016)

zuur

Smaakaanduiding. Scherp en vaak fris van smaak.

2024-04-17
Brabants Handwoordenboek

Prof. dr. Jos Swanenberg (2015)

zuur

(zn) zitvlak van een broek TM.

2024-04-17
Eerste hulp bij wijn begrippenlijst

Harold Hamersma (2005)

zuur

Zonder zuren geen lekkere wijn. Smaakelement dat het zoet van het fruit in balans brengt. Verfrist bij wit, zorgt voor finesse bij rood en heeft ook een conserverende functie. Wijnen (vooral witte) met een goede hoeveelheid zuur gaan langer mee. Echter, vooral bij goedkope wijnen is een te veelvoorkomend euvel: te zuur. De geur van azijn duikt dan...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-17
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Zuur

1. de pineut, betrapt, gestraft. Oorspr. soldatenslang. Hij is zuur en van de muziek bet. ‘hij is gestraft en tevens zijn baantje kwijt’. Zuur slaan betekende vroeger ‘rapport opmaken’. Beide uitdr. sinds ca. 1890. Ook in het Bargoens. Bij Koster Henke vinden we zuur in de bet. ‘gesnapt. Zuur zijn is tegenw. ook erg populair in studentenkringen. Al...