Wat is de betekenis van zowel?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zowel

zowel - Bijwoord 1. evenzeer. Hij woonde zowel in de stad als op het platteland.

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

zowel

zowel - bijwoord uitspraak: zo-wel 1. niet alleen .... maar ook ♢ zowel de ouders als de kinderen gingen mee op schoolreis Bijwoord: zo-wel

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Zowel

conj., sawol; — als, likegoed as.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zowel

vw. van modaliteit, ter uitdr. van overeenkomst, evenzeer (als): zowel de mannen als de vrouwen ; hij is zowel schuldig als zijn broeder ; het een zowel als het ander; het is zowel onbillijk als onjuist.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zowel

(zo'wel) 1. bw. op dezelfde wijze: hij is aansprakelijk als zijn vriend; was ik teruggegaan, dan... 2. vgw. evenzeer: hij gaat mee, als zijn broeder.

2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zowel

voegwoordelijk bw., evenzeer (als): — de mannen als de vrouwen.