Wat is de betekenis van zondig?

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zondig

zondig - Bijvoeglijk naamwoord 1. (religie) goddelijke voorschriften of verboden schendend Mensen zijn uiterst zondige wezens. zondig - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zondigen ♢ Ik zondig 2. gebiedende wijs v...

2024-03-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

zondig

zondig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: zon-dig 1. wat te maken heeft met het doen van zonden ♢ hij leidt een zondig leven Bijvoeglijk naamwoord: zon-dig ... is zondiger dan ... het zo...

2024-03-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Zondig

adj. & adv., sûndich, sondich, sounich.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zondig

bn. bw. (-er, -st), 1. aan de zonde overgegeven ; zonden bedrijvende : een zondig mens ; 2. wat tot zonde leidt, zonde zijnde wanneer het gedaan wordt: dat is zondig; zondige afgunst; zondige woorden.