Wat is de betekenis van ZINDELIJK?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zindelijk

zindelijk - Bijvoeglijk naamwoord 1. zijn natuurlijke behoeften beheersend de kinderen zijn op die leeftijd meestal nog niet zindelijk 2. helder, proper, rein, schoon 3. ethisch of rationeel zuiver (puur) Woordherkomst (eigenlijk 'zinnelijk':) afgeleid van zin met het achtervoegsel...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

zindelijk

zindelijk - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: zin-de-lijk 1. wat te maken heeft met het schoonhouden ♢ zijn wc is niet erg zindelijk 2. wie niet meer in zijn broek plast ♢ Frank was met twee jaar...

2024-04-25
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

zindelijk

zie zinnelijk

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Zindelijk

adj. & adv., skjin, himmel, sind(e)lik, dipper, snokker, hebbich; overdreven —, skytskjin, -sindlik.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zindelijk

bn. bw. (-er, -st), 1. zich beijverend en er op gesteld zichzelf en de voorwerpen die men gebruikt, zijn woning enz., rein te houden, net: de Hollandse huisvrouw is zindelijk; een zindelijke meid; zindelijk zijn op zijn lichaam ; — zindelijk eten, zonder morsen ; — zindelijk werken, zonder alles vuil t...

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zindelijk

bn., bw. (proper, net; schoon): een zindelijke huisvrouw; een zindelijke bediening; zindelijk werken.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zindelijk

('zindɘlɘk) bn. en bw. (-er, -st) [de zinnen behagend] net, rein, proper : een -e kamer, meid, bediening; werken. Syn.→ helder.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zindelijk

bn. en bw. (-er, -st), 1. proper, schoon, net; 2. de aandrang van de natuurlijke behoeften beheersend, zich of de dingen in zijn omgeving niet bevuilend: die hond is niet te maken; 3. (fig.) ethisch of rationeel zuiver, niet troebel: — denken, zonder onlogische bijmengsels.