Wat is de betekenis van zilveren?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zilveren

zilveren - Bijvoeglijk naamwoord 1. van zilver gemaakt De zilveren hanger was niet zo veel waard omdat die machinaal gemaakt was. 2. een tweede plaats Bij de Olympische Spelen heeft hij een zilveren medaille behaald. 3. 25 jaar gehuwd zijn. ...

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

zilveren

zilveren - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: zil-ve-ren 1. gemaakt van zilver ♢ opa en oma hebben een zilveren bestek 1. de zilveren vloot [met zilver beladen] 2. m...

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Zilveren

adj., sulveren.

2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zilveren

bn., 1. van zilver (ook wel van een zilverlegering) vervaardigd: zilveren lepels en vorken; een zilverden ) horloge; zilveren munten ; een zilveren medaille; de zilveren standaard, zie Standaard, 8.; (spr.) een zilveren hamer verbreekt ijzeren deuren, voor geld krijgt men alles gedaan; — met een zilveren hengel vissen, zie Vissen ; 2....

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zilveren

bn. ([als] van zilver): dat zijn lepels, kandelaars; een zilveren horloge (ook: een zilver horloge; verg. gouden); zilveren haren, zilverwit; fig. zij vieren hun zilveren bruiloft, 25-jarig huwelijksfeest; een zilveren ambtsfeest; een zilveren sleutel, fig. geld; zegsw. over zilveren schijven doen lopen, in ‘t reine brengen door middel van ge...

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zilveren

('zilvɘrɘn) I. bn. 1. van zilver ; kandelaars. → appel, dak, hagel,lepel, pan, schijf, sleutel. 2. 25-jarig : een ambtsfeest. → bruiloft, paar. 3. zilverwit ; haren. 4. biezonder fraaihelder klinkend; een-stemmetje. II. (zilverde, heeft gezilverd) verzilveren.

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zilveren

bn., 1. van zilver (ook wel van een zilverlegering) vervaardigd: lepels en vorken; iets over — schijven doen lopen, geld gebruiken om iets gedaan te krijgen; 2. klinkend als aangeslagen zilver: een — geluid; 3. de kleur hebbend van zilver: het maanlicht; — haren, grijs haar; 4. — bruiloft, viering van een 25-jarige echtver...

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Zilveren

Het begrip zilveren heeft 2 verschillende betekenissen: 1. zilveren - ZILVEREN, bn. van zilver vervaardigd : zilveren lepels en vorken; — eene zilveren stem, bijzonder helder of fraai klinkende stem; — zilveren haren, grijs haar; — zilveren bruiloftsfeestviering ter gelegenheid van eene 25-jarige echtvereeniging; de zilveren ju...