Wat is de betekenis van zelfstandig?

2024-11-08
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-11-08
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zelfstandig

zelfstandig - Bijvoeglijk naamwoord 1. op zichzelf staand Wees toch eens een beetje zelfstandiger! Woordherkomst Samenstellende afleiding van zelf en stand met het achtervoegsel -ig Antoniemen onzelfstandig Verwante begrippen onafhankelijk

2024-11-08
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

zelfstandig

zelfstandig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: zelf-stan-dig 1. niet van iemand of iets afhankelijk ♢ hij gaat alleen naar school, hij is erg zelfstandig 1. zelfstandig wonen [niet meer bij je oude...

2024-11-08
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

zelfstandig

Werkloos. Sollicitanten wordt meestal aangeraden om in hun curriculum vitae de periodes waarin ze werkloos waren te omschrijven als ‘zelfstandig’ (de Volkskrant, 25-09-1993).

2024-11-08
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Zelfstandig

adj. & adv., selsstannich; zijn, jins eigen baes, man wêze; — een bedrijf beginnen, foar jin seis bigjinne; — een bedrijf uitoefenen, foar jinsels dwaen.

2024-11-08
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-11-08
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zelfstandig

bn. bw. (-er, -st), 1. op zichzelf .staande, onafhankelijk bestaande : een zelfstandig begrip ; zelfstandige wezens; — een zelfstandig bestaan hebben, in eigen behoeften kunnen voorzien; 2. (van pers.) onafhankelijk, niet steunende op of zich richtende naar -anderen: zelfstandig oordelen, optreden, handelen...

2024-11-08
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zelfstandig

bn., bw. (op zich zelf, d.i. door eigen kracht, bestaande): een zelfstandig karakter, dat eigen richting of overtuiging volgt; zelfstandig handelen, niet aan de leiband lopen; zelfstandig naamwoord; zelfstandige voornaamwoorden; een bijvoegl. nw. zelfstandig gebruiken, als een zelfstandig naamwoord.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-11-08
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zelfstandig

bn. en bw. (-er, -st) 1. op zichzelf, door eigen kracht bestaand: een leven. 2. onafhankelijk van eens anders invloed: een karakter; handelen. Syn. ➝ onafhankelijk. Tgst. afhankelijk. 3. waarin men zelf voorziet: een bestaan hebben. 4. Taalk. niet als hulpwerkwoord gebruikt: „zijn” en „worden” kunnen als werkwoord voorkom...