Wat is de betekenis van zeeduiker?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zeeduiker

zeeduiker - Zelfstandignaamwoord 1. (vogels) vogel behorend tot de orde Gaviiformes en familie Gaviidae, watervogels van het open water van het hoge noorden Woordherkomst samenstelling van zee en duiker

2024-04-19
Verklarend en etymologisch woordenboek van de Nederlandse vogelnamen

Klaas J. Eigenhuis (2004)

Zeeduiker

Algemene N benaming (sinds Schlegel 1852 p.93) voor de vier soorten Zeeduikers Gavia, waarvan de Roodkeelduiker ← in de Lage Landen de meest voorkomende is (als wintergast en doortrekker; broeden doen Zeeduikers bij ons niet). Zeeduikers behoren tot de niét-systematische groep van de Duikers ← en bij ons verblijven ze vrijwel uitsl...

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zeeduiker

m. (-s), 1. geslacht (Colymbus) en, in het mv., orde (Colymbifonnes) van grote, visetende watervogels die hun naam aan hun bijzondere vaardigheid in het duiken ontlenen ; bij ons vindt men de ijsduiker, de parelduiker en de roodkeelzeeduiker; 2. kleine zeeduiker, ben. voor de zwarte zeekoet ( TJria gryl...

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zeeduiker

m. zeeduikers (kortgewiekte zwemvogel; Lat. colymbus immer).

2024-04-19
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Zeeduiker

duikervogel met korte vleugels, zwemvogel i/h Noordpoolgebied; waartoe belmoren de groote IJs- en de Parelduiker.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zeeduiker

('ze:) m. (-s) zwemvogel biezonder geschikt om in zee te duiken.

2024-04-19
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Zeeduiker

Golymlms, vogelgeslacht van de familie der Duikers, Colymbidae; drie soorten bezoeken ons land: de roodkelige Z., G. sptentrmudis, de ijsduiker, G. glacialis, en de parelduiker, G. areficus (zeer zeldzaam).