zaterdags
(1840) (inf.) drommels. Verbastering van 'satan' of 'sater'. 'Die zaterdagse jongen.' • Zaterdags: drommels, erg. Hij heeft mij zaterdags gefopt geeft Koenen' in de editie 1906 aan, waarbij het géén verwijzing naar de gelijknamige dag van de week betreft. Dat 'zaterdags' werd ook gezegd van personen: Die zaterdagse kwajongen! De...