zadeldak
zadeldak - Zelfstandignaamwoord 1. een dak met twee tegen elkaar geplaatste gelijkhellende dakschilden ♢ De kerk van Anloo heeft een zadeldak.
Wiktionary (2019)
zadeldak - Zelfstandignaamwoord 1. een dak met twee tegen elkaar geplaatste gelijkhellende dakschilden ♢ De kerk van Anloo heeft een zadeldak.
Duttendael
Een zadeldak is een dakvorm bestaande uit twee schuine dakvlakken boven twee evenwijdige muren.
Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)
Een zadeldak is een dak in de vorm (1) van een zadel, d.w.z. twee rechthoeken die schuin tegen elkaar zijn geplaatst; zie ook dakvormen.
J. van Donselaar (1936)
(het, -en), lessenaardak. Ik weet/er is veel te veranderen/ buiten de gebouwen met/ zadel en splitdak/ pittoreske gevels/ parketvloeren/ en bezode gazons (Shrinivasi 1968; 1984: 59). - Zie ook: lessenaardak, V-dak. - Opm.: Het woord is in deze bet. in gebr. bij sommige aannemers en timmerlieden, niet bij architecten.
Amsterdam Boek (1959)
Dakconstructie met twee hellende schilden, die in de nok tegen elkaar sluiten, tussen twee topgevels.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: