Wat is de betekenis van Zaan?

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zaan

zaan - Zelfstandignaamwoord 1. room. Kunt u mij de zaan even aangeven?

2024-03-28
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Zaan

een voormalige veenstroom in Noord-Holland, die vroeger uitkwam in het IJ. Langs de Zaan ontstond een drukke levensmiddelen- en houtindustrie uit de vroeger zo talrijke molens. Hier liggen Zaandam, Koog aan de Zaan, Zaandijk en Wormerveer.

2024-03-28
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

zaan

Room (van melk), inz. gezegd van het vel op gekookte melk; er ligt een dikke zaan op de melk. (Vgl. du. Sahne). Afl.: zanen, (intrans.) room afscheiden: de melk begint te zanen, (trans.) (melk) afromen.

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zaan

v., (gew., Zuidn.) room. ZAANKANTER, m. (-s), bewoner van of iem. afkomstig uit de Zaanstreek.