Wat is de betekenis van Winnen?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

winnen

winnen - Werkwoord 1. (ov) als beste partij uit een wedstrijd komen Hij won het schoolkampioenschap hardlopen. 2. (ov) iets verkrijgen voor een goede prestatie bij een wedstrijd Hij won de bronzen medaille bij de Olympische Spelen. 3. (ov) een...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

winnen

winnen - onregelmatig werkwoord uitspraak: win-nen 1. de beste zijn, de meeste punten halen ♢ Ajax heeft deze wedstrijd gewonnen 1. hij wint aan invloed [krijgt meer invloed] ...

2024-04-19
Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Winnen

Winnen - 'winnen op één been': zonder veel moeite. Ontleend aan het Fr. gagner d'une jambe. 'Winnen met de vingers in de neusgaten': zie neus. 'Winnen op een diefje': van een opening in het peloton profiteren en de zege naar zich toetrekken. Ontleend aan het Fr. partir comme des voleurs. 'Winnen op stap': zonder moeite. Eng. to win hands down.

2024-04-19
Hans van Breukelen

Bestuurder, adviseur en ex-profvoetballer

Winnen

Winnen is wanneer een persoon het maximale uit zichzelf haalt waar hij veel plezier aan beleeft en dit met anderen weet te delen. Winnen is tevens de titel van een boek, geschreven door Hans van Breukelen. Volgens deze definitie is winnen een keuze. Er wordt niet gesproken over verliezers of verliezen. In het boek ‘Winnen’ (2011) schrijft oud-keepe...

2024-04-19
Kuifje in Vlaanderen

Michel Uyen

winnen

Ze won tegen de Tsjechische (en niet: won van). Zie ook: halen van.

2024-04-19
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

winnen

(ov ww; won; h. gewonnen) SP - uit een wedstrijd als overwinnaar tevoorschijn komen, de inzet van een wedstrijd voor zich verkrijgen: een wedstrijd, koers winnen; met, op één been winnen, met twee vingers in de neus winnen, gemakkelijk winnen; winnen met één lengte verschil, met de lengte van een fiets; met een straatlengte voorsprong winnen, met g...

2024-04-19
Golfsportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

winnen

(ov ww; won; h. gewonnen) - uit een wedstrijd als overwinnaar tevoorschijn komen, de inzet van een wedstrijd voor zich verkrijgen. • Winnen door onthechting klinkt als een vreemd concept, veel mensen kunnen zich er niets bij voorstellen. Ze stellen onthechting op één lijn met onverschilligheid of passiviteit. Toch moetje je onthechten van winnen om...

2024-04-19
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

winnen

(won, heeft gewonnen), (ook:) winnen van, overwinnen. Ik heb je gewonnen. - Etym.: In AN veroud. (van Sterkenburg).

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Winnen

v., winne, w o u n, w o u n; met spinnen —, bispinne; het best van iem. kunnen —, immen wol hawwe kinne; een poging doen om iem. voor zich te —, op immen sette, in set op immen dwaen; dat is de manier om de zaak te —, dat is jou winder; de aanhouder wint, op ’e ein fan &rsquo...