windbreker
1) (1923) (wielr.) renner die aan de kop* van een groep rijdt (en dus de wind opvangt). • Men bedenke echter, dat een goed geoefend sprinter niet langer dan over een afstand van plm. 300 M. zijn volle snelheid onder inspanning van alle krachten kan ontplooien (spurten). Waagt hij het eerder „te vertrekken" (den spurt in te zetten) dan za...