Wat is de betekenis van willen?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

willen

willen - Werkwoord 1. (modl) iets als verlangen hebben Hij wilde daarover geen uitsluitsel geven. Woordherkomst afkomstig van: Middelnederlands: willen Oudernederlands: willen Germaans: *wiljanan Indo-Europees: *wel- Synoniemen wensen

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

willen

willen - regelmatig werkwoord uitspraak: wil-len 1. het bewust proberen te doen, het verlangen of wensen ♢ hij wil weer naar school gaan 1. dat wil ik niet hebben [ik vind het niet goed]...

2024-04-24
Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

willen

willen - genegen zijn tot sexueel verkeer. Voor Meisjes die wat Triestig zyn, Om dat zy gaarne willen, Heb ik hier Ballen groot en klein, De Vrolyke Toorenwachter 43 [± 1775]. Vandaar: willigheid, ‘dartelheid’ (GALLÉE 52).

2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Willen

v., wolle, w o e, w o l l e n (w o l d); iets persé —, eat yn ’t hier, yn ’e holle, yn ’e kop hawwe, earne de flym op hawwe; iets beslist niet —, eat net bigrepen hawwe; iets niet —, eat forpoffe; beslist niet —, it net op ’e lea, hûd hawwe; dat wi...

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

willen

I. wilde of wou, h. gewild (1 verlangen, begeren, eisen, wensen: zijn wil gebruiken: 2 kunnen: 3 bereid zijn om, zich niet verzetten: zullen: 4 beweren): 1. wat wil je? hoeveel wil je voor dat portret? ik wil, dat je onmiddellijk vertrekt: de leus der kruisvaarders was: God wil het: de mode wil het, zij wil het zo: ik zou wel een borreltje willen;...

2024-04-24
Encyclopedie voor Ziel- en Opvoedkunde

Drs. P. Wijkema (1936)

Willen

uitoefenen van de wil (Zie aldaar).

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

willen

(''willən) (wou, wilde; heeft gewild) 1. bewust pogingen doen om tot een doel te geraken : met kracht en geweld iets tilt het zwaarste; is kunnen. Gez. daar wil ik af zijn, dat weet ik niet met zekerheid te zeggen; er bij iemand niet in -, er zich aan willen onderwerpen of er niet aan willen geloven; er niet aan -, er niet toe besluiten w...

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Willen

(wilde of wou, heeft gewild), 1. tot of als wil hebben, verlangen, begeren: doe wat je wilt; je moet mee, of je wilt of niet; een wil tonen of tot uitdrukking brengen: dat mocht je willen; ja, wat wil je?, het is nu eenmaal zo; zoeken: wat wil die man hier?; zich ten doel stellen: hij wil dokter worden; van zaken: mijn horloge wil niet lopen; het d...