Wat is de betekenis van wikkelen?

wikkelen - Werkwoord 1. (ov) draaiend iets buigzaams rond een voorwerp aanbrengen ♢ Voor het vervoer werd er een laag plastic rond het pakket gewikkeld erin. Woordherkomst afgeleid van wikkel met het achtervoegsel -en

wikkelen - regelmatig werkwoord uitspraak: wik-ke-len 1. het eromheen draaien, of om zich heen doen ♢ zij wikkelde de chips in een stuk papier 1. in een gesprek gewikkeld zijn [een gesprek voeren w...

v., wuolje, wine; — in, biteare, birôlje, biwuolje yn.

...

(wikkelde, heeft gewikkeld), 1. door wenteling hullen, winden om iets, resp. iets hullen in, inrollen : een krant om iets wikkelen ; wikkel het in een wollen doek ; draad op) een klos wikkelen; — (wederk.) zich in de dekens wikkelen ; zich in zijn mantel wikkelen; door de genoemde handeling vormen: een si...

wikkelde, h. gewikkeld (inrollen): een kind in doeken, iets in papier wikkelen, fig. in een druk gesprek gewikkeld; een land in een oorlog wikkelen, brengen; in een proces gewikkeld, betrokken; refl. zich in een deken wikkelen.

('wikkələn) (wikkelde, heeft gewikkeld) 1. inrollen : een kind in doeken -; zich in een deken -; een pak in papier -. 2. betrekken met het oog op de moeilijkheden : iemand in een proces zijn land in een oorlog -; hij was in een druk gesprek gewikkeld. 3. zich -, zich bemoeien met : zich in een lastige zaak -.

(wikkelde, heeft gewikkeld), 1. door wenteling hullen, winden om iets, resp. iets hullen in, inrollen: een krant om iets wikkelen; zich in de dekens wikkelen; een sigaar wikkelen, vormen; 2. (fig.) langzamerhand in een bepaalde toestand doen geraken: iemand in een proces wikkelen.

...