wijsheid
wijsheid - Zelfstandignaamwoord 1. de mate waarin men wijs is Woordherkomst Afgeleid van wijs met het achtervoegsel -heid. Synoniemen [1] levenswijsheid
Wiktionary (2019)
wijsheid - Zelfstandignaamwoord 1. de mate waarin men wijs is Woordherkomst Afgeleid van wijs met het achtervoegsel -heid. Synoniemen [1] levenswijsheid
Schrijver op Ensie
Wijsheid verwijst in het algemeen naar het vermogen om juist te oordelen in zaken die betrekking hebben op leven en gedrag. Met andere woorden: zich baseren op gezond verstand bij de keuze van middelen en doelen. In dat opzicht staat wijsheid tegenover dwaasheid. WIJSHEID EN KENNIS Wijsheid is niet hetzelfde als kennis; het gaat eerder om het juis...
Muiswerk Educatief (2017)
wijsheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: wijs-heid 1. het hebben van kennis die op inzicht een levenservaring berust ♢ mijn opa heeft een zekere wijsheid Zelfstandig naamwoord: wijs-heid de wijsheid ...
Prof.dr. Pieter W. van der Horst (2006)
oorspronkelijk een eigenschap van God die gaandeweg gepersonifieerd werd (Hypostase) en als scheppingsmiddelares werd gezien (Spreuken 8). Daarnaast ook een algemeen oudoosters literair genre van instructie in praktische levenswijsheid. In nabijbelse tijd werd de Wijsheid dikwijls geïdentificeerd met de Tora, zodat in bepaalde vormen van wijsh...
Paul Frentrop (2001)
Aristoteles meende dat het hart het orgaan is waar mensen mee denken en de hersenen slechts dienen als een soort van koeling. De kans dat hij daarin gelijk heeft acht ik klein, maar zijn opvatting over wijsheid spreekt mij wel aan. Die is volgens hem opgebouwd uit een theoretisch deel, sophia geheten en een praktisch deel dat hij phronèsis n...
Prof. dr. J.C. Groot (1955)
(Hebr.: chokma) is een vrome levenshouding, die in Israël naast de poëzie der psalmen en de verkondiging der profeten een eigen uitingsvorm bezit. Zij komt bijzonder aan het woord in de zgn. wijsheidsboeken (Spreuken, Job, Prediker, Ecclesiasticus, Baruch, het Boek der Wijsheid) maar ook in andere literatuur als de Psalmen of het boek T...
Fa. A.J. Osinga (1952)
s., wiisheit, wiisdom; zijn — uitkramen, wiis prate, wiisbauwe; persoon die zijn — uitkraamt, wiisprater, -bauwer, wize prater; ingebeelde —, ynwizens.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (...heden), 1. het wijs-zijn ; — de juiste, hoogste, op inzicht en levenservaring berustende kennis (en het handelen daarnaar): die uitspraak getuigt van grote wijsheid; 't is naarstigheid, die vroege Kennis gaart; Ervaring is ’t, die spade Wijsheid baart (Staring); veel wijsheid bezitten; hij meent de wi...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: