Wat is de betekenis van Wijding?

2024-04-19
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

wijding

Wijding is een rituele handeling waardoor personen, plaatsen of zaken aan een god worden toegeheiligd, hetzij om ze te bestemmen voor de eredienst, hetzij om de genade van de god van het christendom over de betrokken personen of zaken af te smeken.

2024-04-19
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Wijding

van personen, de handeling waardoor het Sacrament des → Priesterschaps wordt toegediend (bisschops-, priester- en diakenwijding), of het ontvangen ervan wordt voorbereid (subdiakenwijding, → Kleine Wijdingen). Zij zijn aan een bepaalden tijd en plaats gebonden. Tijd: de tonsuur kan toegediend worden iederen dag, de Kleine Wijdingen...

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Wijding

s., wijing(e).

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Wijding

v. (-en), 1. het wijden; inwijding, kerkwijding ; 2. (R.-K.) handeling waardoor het priesterschap verleend wordt; geestelijke graad (ordo) door de Kerk verleend om een godsdienstige functie te kunnen en mogen uitoefenen : men onderscheidt hogere en lagere wijdingen; 3. het gewijd-zijn, het vervuld-zijn van heiligheid : de wijding...

2024-04-19
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

WIJDING

opgevat in de zin van zegening, bestaat in de R.K. kerk meestal in het afsmeken van goddelijke weldaden, uitgedrukt in door de Kerk geformuleerde gebeden, die begeleid worden door bepaalde liturgische handelingen zoals het maken van het kruisteken en de besprenkeling met wijwater. Deze wijding is dus van invocatieve aard, d.w.z. draagt het k...

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

wijding

v. wijdingen (R.-K. het wijden of gewijd worden): lagere wijdingen; de hogere wijdingen: subdiakonaat, diakonaat, priesterschap.

2024-04-19
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Wijding

i/d R.K. Kerk: ceremonieele handeling, waardoor een persoon of zaak op bijz. wijze geheiligd wordt. Men onderscheidt b/d priesterwijding de zg. kleine wijdingen, vier in getal, en de drie boogere wijdingen: subdiaconaat, diaconaat en priesterschap, met als hoogste wijding de bisschoppelijke waardigheid.

2024-04-19
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Wijding

A) Kerkrechtelijk. 1° In het algemeen. W. is een door bepaalde, plechtige teekenen zinnebeeldig voorgestelde, blijvende afzondering van personen of zaken voor den eeredienst, alsook verleening van geestelijke macht en waardigheid. Een bijzonder soortw. is de ➝ consecratie (bijv. van bisschoppen, kerken, altaren, kelken, patenen), welke nl. onde...

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

wijding

('wijding) v. (-en) I. Eig. het → wijden. II. Metn. 1. [door wijding verkregen] geestelijke waardigheid : de hogere -en zijn het priesterschap (bisschop en gewoon priester), het diakonaat en het subdiakonaat; de kleine(re) -en zijn het akolitaat, het exorcistaat, het lektoraat, het ostiariaat; vóór de kleinere -en wordt...