Wat is de betekenis van wezenloos?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

wezenloos

wezenloos - Bijvoeglijk naamwoord 1. gedachteloos, versteend, nog net niet bewusteloos De man zat wezenloos voor zich uit te staren. Woordherkomst Afgeleid van wezen met het achtervoegsel -loos

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

wezenloos

wezenloos - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: we-zen-loos 1. zonder besef van de dingen om je heen ♢ met een wezenloze blik keek hij me aan 1. je wezenloos schrikken [heel erg schrikken]...

2024-04-20
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Wezenloos

1. doe niet zo-, doe nu niet alsof je het niet begrijpt. Informele uitdr. 2. - zijn van iets/iemand, gek, dol zijn op iets, iemand. Deze uitdr. is vooral populair onder hedendaagse jongeren. In Onze Taal van novem- ber/december 1970 werd wezenloos opgegeven als tienerwoord van vroeger (jaren zestig?). Syn. zijn: enig, fantastisch, meesterlijk. Ook...

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Wezenloos

adj. & adv., wezenleas; hij is volkomen —, der sit alhiel gjin wezen yn.

2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Wezenloos

bn. bw. (...lozer, -t), 1. niet werkelijk, zonder realiteit: wezenloze schimmen, dromen ; 2. niet bewust, zonder begrip, afwezig van geest: wezenloos kijken; — (gemeenz.) doe niet zo wezenloos, zo dom, alsof je het niet begrijpt; —suf: zich wezenloos schrijven, tellen enz., zo lang dat men er suf van wordt;...

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

wezenloos

bn., bw.; wezenlozer, wezenloost (zonder gevoel, verstand, uitdrukking): een wezenloos mens, zonder verstand of levensgevoel; wezenloze gelaatstrekken, zonder uitdrukking; wezenloos voor zich uitstaren.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

wezenloos

('we:zənlo:s) bn. en bw.(...lozer, -t) 1. niet bestaande, niet werkelijk : ...loze dromen. 2. zonder levensgevoel, verstand : een mens. 3. ongevoelig : wat een schepsel! 4. bedremmeld : hij zit daar te kijken.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Wezenloos

bn. en bw. (-lozer, -t), niet bewust, zonder begrip, afwezig van geest: wezenloos kijken; (gemeenz.) doe niet zo wezenloos, zo dom, alsof je het niet begrijpt; suf: zich wezenloos schrijven, tellen enz., zo lang dat men er suf van wordt; zich wezenloos schrikken, verstommen van schrik.