Wat is de betekenis van West?

west - Bijwoord 1. (windstreek) de richting waarin de zon ondergaat Woordherkomst Van Proto-Indo-Europees *wes-, mogelijk van Proto-Indo-Europees *we- (naar beneden gaan). De betekenis is in dat geval eigenlijk: daar waar de zon ondergaat. Ook verwant met Latijn vesper (avond, het westen). Antoniemen...

1. Een van de vier windrichtingen die aan de spelers worden toegekend. 2. Aanduiding voor de speler die deze windrichting heeft (ook: de ‘westspeler’).

west - zelfstandig naamwoord 1. gebied dat ligt in de richting van waar de zon ondergaat ♢ Nederlanders gingen naar de west om specerijen te halen 1. oost west, thuis best [het is nergens beter dan thuis]...

Zie: windrichting

1. s., West. 2. adv., West.

I. westen; westenwind; the West, 1. het Westen; 2. de West; II. westelijk, westen-, wester-, west-; III. westelijk, naar het Westen; west of..., ten Westen van; go west, naar de bliksem gaan; verdwijnen.

westen; westenwind.

...

I. zn., 1. o., het Westen, de westzijde: van Oost naar West varen; — (spr.) als de zon is in ’t West, .zijn luiaards op hun best, wanneer de dag ten einde neigt, zijn luiaards het drukst bezig ; 2. v., West-Indië, inz. de Nederlandse gebieden aldaar : een bezoek aan de West; op de West varen; 3....