Wat is de betekenis van Werkloos?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

werkloos

werkloos - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder baan zijnd 2. werkeloos, niets doend, niets verrichtend, niet werkend Woordherkomst afgeleid van werk met het achtervoegsel -loos Antoniemen werkzaam

2024-03-29
CBS begrippenlijst

CBS (2018)

Werkloos

Situatie van een persoon zonder betaald werk, die recent naar werk heeft gezocht en daarvoor direct beschikbaar is. Zie ook: Werkloze beroepsbevolking

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

werkloos

werkloos - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: werk-loos 1. situatie waarin iemand geen werk heeft, maar dat wel zou willen ♢ mijnheer Helmink is al geruime tijd werkloos 1. niet onvrijwillig werkloos ...

2024-03-29
Algemene Rekenkamer

Begrippenlijst van de Algemene Rekenkamer

Werkloos

Werkloos ben je als je wel kunt werken, maar geen baan hebt of kunt vinden. In dit geval kan je een werkloosheids- of bijstandsuitkering ontvangen.

2024-03-29
Begripppenlijst Tweede Kamer

Winish Ganesh (2012)

Werkloos

Een persoon kan worden aangemerkt als werkloos indien hij minimaal vijf uren, of de helft van de uren aan arbeid heeft verloren. Indien een werkgever besluit een sollicitant aan te nemen, komt er in beginsel een arbeidsovereenkomst tot stand op grond van het Burgerlijk Wetboek. Het staat de partijen vrij om te bepalen hoe zij invulling zullen geven...

2024-03-29
Basisboek Recht

O.A.P. van der Roest (2000)

Werkloos

Werkloos is degene die ten minste vijf of de helft van zijn arbeidsuren per kalenderweek alsmede het recht op doorbetaling van zijn loon over die uren verloren heeft, en beschikbaar is om arbeid te aanvaarden.

2024-03-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

werkloos

sonder werk.

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Werkloos

bn., zonder werk (buiten eigen toedoen), geen werk kunnende vinden: hij is al geruime tijd werkloos.