Wat is de betekenis van werkelijkheid?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

werkelijkheid

werkelijkheid - Zelfstandignaamwoord 1. de omstandigheden zoals deze daadwerkelijk bestaan In werkelijkheid is dit niet mogelijk. Woordherkomst Afgeleid van werkelijk met het achtervoegsel -heid. Synoniemen realiteit Antoniemen fantasie

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

werkelijkheid

werkelijkheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: wer-ke-lijk-heid 1. alles wat echt bestaat ♢ de werkelijkheid is dat hij geen cent heeft 1. in werkelijkheid [in het echt, in feite] ...

2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Werkelijkheid

s., wurklikheit.

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Werkelijkheid

v., 1. wezenlijkheid, realiteit: men mag niet uit de mogelijkheid ener zaak tot de werkelijkheid besluiten; — in werkelijkheid, inderdaad, in feite ; — het wezenlijk zijn of zo-zijn : de werkelijkheid zijner dromen ; dat is geen werkelijkheid; 2. dat wat werkelijk is : dat is in strijd met de werkelijkhei...

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

werkelijkheid

v. (wezenlijkheid): de koude werkelijkheid; in werkelijkheid.

2024-04-24
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Werkelijkheid

(philos.), de buiten ons bewustzijn bestaande en daarvan onafhankelijke zijnswereld, die den inhoud levert onzer voorstellingen (wereld der veranderlijke verschijnselen) en begrippen (wereld der blijvende zelfstandigheden). Het dualisme van Plato, die een dubbele werkelijkheid aannam, werd opgeheven door Aristoteles: de blijvende zelfstandigheid is...

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

werkelijkheid

v. (... heden) het werkelijke. Tgst. schijn.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Werkelijkheid

v., wezenlijkheid, realiteit: in werkelijkheid, inderdaad, in feite; het wezenlijk zijn of zo-zijn: de werkelijkheid van zijn dromen; dat wat werkelijk is: dat is in strijd met de werkelijkheid.