Wat is de betekenis van WEINIG?

weinig - Onbepaald hoofdtelwoord 1. in een kleine hoeveelheid, niet veel ♢ Er is nog maar weinig boter over 2. in een klein aantal ♢ Er zijn nog maar weinig mensen hier. Woordherkomst Naamwoord van handeling van wenen met het achtervoegsel...

weinig - bijwoord, telwoord uitspraak: wei-nig 1. niet dikwijls ♢ we gaan weinig uit 1. klein in hoeveelheid, hoogte of aantal ♢ er zaten weinig mensen in de trein ...

niet te -, geweldig, prachtig. Jeugdkreet die vooral populair is in Rotterdam en Den Haag. Vgl. niet te kort.

adj. & adv., in (lyts) bytsje, net folle; te —, to min; te — krijgen, by, yn, oan (’e) krapper ein komme.

wijnachtig.

...

1 bn., bw.; minder, minst (eig. beklagenswaardig; zwak, gering; in kleine hoeveelheid): veel te weinig; al te weinig; niet weinig, veel; dat is te weinig; weinig of niets; zij heeft weinig aanleg en nog minder vlijt; bij de minste overtreding volgt in dienst straf; ik ben het minst tevreden; 2 zn. 1 o.: het weinige dat ik bezit; een weinig; zie w...

('weinəch) [~ wenen : beklagenswaardig, zwak, gering] I. onbep. telw. (minder, minst) 1. in geringe hoeveelheid : – appelen; dat is te –; veel te –; – of niets; niet –, veel. →: geschreeuw, raad, woord. 2. gering : zij heeft – aanleg. II. o. (–je) een geringe hoeveelheid : – eten; heb een &...

Adjectief: weinig, klein in aantal, luttel, enig, enkele, doodenkele, min, letter (Zn.), onbelangrijk, beperkt, gering, zwak, bescheiden, matig, gematigd, sober, frugaal, spaarzaam, schaars, karig, schraal, overschraal, schriel, smeeg, zeldzaam, alleen, moederziel (moedermens) alleen, solo, simpel, alleenstaand, afzonderlijk, separaat, speci...