Wat is de betekenis van WEEKLAGEN?

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Weeklagen

v., jammerje, tsjirmje, krimmenearje.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

weeklagen

weeklaagde, h. geweeklaagd (treuren, jammeren): de vrouwen zaten te weeklagen bij het lijk; weeklagen over een catastrophe.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

weeklagen

(weeklaagde, heeft geweeklaagd) jammeren, treuren: over een ongeluk. Syn. →: jammeren.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Weeklagen

(weeklaagde, heeft geweeklaagd), zijn leed klagen, jammeren; ook: een naargeestig, klagend geluid geven of doen horen.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

WEEKLAGEN

WEEKLAGEN - (weeklaagde, heeft geweeklaagd), treuren, jammeren : hij doet niets dan weeklagen.

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Weeklagen

Weeklagen, ow. gel. (ik weeklaagde, heb geweeklaagd), treuren, jammeren. *...KLAGT, (B. ...CHT), v. (-en).