Wat is de betekenis van watje?

2024-04-19
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

watje

Het begrip watje heeft 2 verschillende betekenissen: 1) klein propje watten. klein stukje watten; klein propje watten; klein plukje watten. 2) sullig, soft persoon. iemand die zich slap, sullig en soft gedraagt en opstelt, meestal niet veel moed toont en niet voor zichzelf opkomt; iemand die zo zacht als watten is. Ook als scheldw...

2024-04-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

watje

(1979) (jeugd) halve zachte; doetje; slappeling; iemand die nooit eens uit de band zal springen. Aanvankelijk jeugdtaal, nu meer algemeen slang. Soms wordt ter versterking 'nat' toegevoegd: 'een nat watje' (gesignaleerd door een onderwijzer uit Delft). In politiekringen heeft het woord de betekenis van 'verdachte die vrij snel tot bekentenissen ove...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

watje

watje - Zelfstandignaamwoord 1. (medisch) een stukje ongesponnen katoen of synthetische vervanging daarvan Heb je een watje voor me? 2. een weinig imposante persoonlijkheid Wat een watje is dat, zeg!

2024-04-19
Jargon & Slang van Politieagenten en rechercheurs

Marc De Coster (2017)

Watje

Watje - term voor een verdachte die vrij snel tot bekentenissen overgaat. In de jongerentaal wordt dit woord gebruikt voor een sloom persoon, een doetje.

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

watje

watje - zelfstandig naamwoord uitspraak: wat-je 1. propje watten ♢ ik maak mijn gezicht schoon met een watje met lotion 1. een watje [lullig kereltje] Zelfstandig naamwoord: w...

2024-04-19
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

watje

(vnl. jeugdtaal) halve zachte; doetje; slappeling; iemand die nooit eens uit de band zal springen. Sedert het begin van de jaren tachtig. Soms wordt ter versterking nat toegevoegd: een nat watje (gesignaleerd door een onderwijzer uit Delft). In politiekringen heeft het woord de betekenis van ‘verdachte die vrij snel tot bekentenissen overgaat...

2024-04-19
Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Watje

Watje - pejoratief voor ‘halve zachte; doetje; slappeling’. Aanvankelijk jeugdtaal, nu meer algemeen slang. Watje. Sloom, zacht persoon, studiebol. Kristiaan Laps: Nationaal scheldwoordenboek, 1984 Het was haar opgevallen dat sommige jongens-fans tot de categorie ‘watjes’ behoorden. Oor, 17-12-88 ... populair bij gladjanussen en watjes. Muziek Ex...

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Watje

s.n., watsje (it), wykje (it), stikje bomwol.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)