Wat is de betekenis van Wassenaar?

2024-04-25
Lexicon van het Koninklijk Huis

F.J.J. Tebbe (2005)

Wassenaar

Gemeente in Zuid-Holland, dicht bij Den Haag gelegen, woonoord van verschillende Oranjes. Prins Frederik, de jongere broer van koning Willem II, kocht in 1838 vier aan elkaar grenzende landerijen in Wassenaar en Voorschoten: De Paauw, Ter Horst, De Raephorst en De Eikenhorst. De prins smeedde zijn in totaal 415 hectaren tellende bezit aaneen tot &e...

2024-04-25
Monumenten in Nederland: Zuid-Holland

Ronald Stenvert, Chris Kolman, Saskia van Ginkel-Meester, Elisabeth Stades-Vischer, Sabine Broekhoven en Ronald Rommes (2004)

Wassenaar

Dorp, ontstaan in de 11de eeuw aan de rand van een strandwal. De dorpskern wordt gevormd door een driehoekig plein met aangrenzend kerkterrein en kleinschalige bebouwing in de aansluitende straten. Vanaf de 17de eeuw ontwikkelde Wassenaar zich tot een langgerekte nederzetting. Op de brede strandwal richting Den Haag werden veel buitenplaatsen gesti...

2024-04-25
Het toppunt van Nederland

Aad Struijs (2002)

Wassenaar

Duinrell behoort tot de top van de Nederlandse attractieparken. Het pretaanbod is groot en gevarieerd, maar de meest spetterende troef blijft het Tikibad. Het is het grootste overdekte waterpretpark van Europa. De twintig meter hoge Tiki Tower domineert het tropisch zwem- en speelparadijs. Er ontspruiten elf waterglijbanen, goed voor 991 meter glij...

2024-04-25
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Wassenaar

gemeente in de provincie Zuid-Holland met 28 000 inwoners, gelegen tussen Den Haag en Leiden. Wassenaar is een mooi villadorp met talrijke landgoederen en een dierenpark. Vele buitenlandse diplomaten, die verbonden zijn aan ambassades in ’s-Gravenhage, hebben zich in Wassenaar gevestigd.

2024-04-25
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

WASSENAAR

Zeer talrijk Bildts geslacht, bij inpoldering (begin 16de eeuw) uit Sassenheim en Lisse gekomen. Uit heren van W. stammend, welker wapen zij nog voeren. Zie: Ned. Leeuw LXVI (1949), 238.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Wassenaar

m. (-s), wassende maan, thans alleen als heraldische term.

2024-04-25
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Wassenaar

gemeente in Z. Holl., ten N. van Den Haag, 5219 ha, 22.810 inw. Veeteelt, tuinbouw, bloembollen. Forensenplaats. Uitgestrekte landgoederen (o.a. De Pauw, nu Raadhuis;Kasteel Oud-Wassenaar, nu hotel). Renbaan.

2024-04-25
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

WASSENAAR

Zuidhollandse gemeente van 5163 ha met (1953) 24525 inw., van wie (1947) 38 pct R.K., 44 pct Prot. en 18 pct andersdenkenden, ten N. van ’s-Gravenhage tegen en in de duinen gelegen, heeft veehouderij en tuinbouw (o.m. bollen). Er zijn tal van landgoederen waaronder De Pauw (thans gemeentehuis), het kasteel Oud-Wassenaar (thans hotel), Groot H...

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

wassenaar

m. wassenaars (maansikkel met de punten of horens omhoog, wassende maan).