Wakkeren
(wakkerde, heeft en is gewakkerd), (veroud.) 1. opsteken, in kracht toenemen : de wind wakkert; 2. aanwakkeren, opwekken.
Van Dale Uitgevers (1950)
(wakkerde, heeft en is gewakkerd), (veroud.) 1. opsteken, in kracht toenemen : de wind wakkert; 2. aanwakkeren, opwekken.
Jozef Verschueren (1930)
('wakkərən) (wakkerde, gewakkerd) I. (heeft) opwekken, aanwakkeren : iemand -. II. (is) 1. in kracht toenemen : de wind gaat -. 2. goed gaan : die nering begint te -.
J.H. van Dale (1898)
WAKKEREN - (wakkerde, is gewakkerd), opsteken, in kracht toenemen: de wind wakkert; tot bloei geraken, goed gaan (b.v. van eene nering); —, aanwakkeren, opwekken.
Jacob van Lennep (1865)
o.w. - In kracht toenemen. De wind begint te wakkeren. Zie Aanwakkeren.De wakkerende wind in 't Westen Geeft hun getal der zee ten besten. Van Haren, de Geuzen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: