Wat is de betekenis van Wagenmenner?

2024-04-20
Archeologische Encyclopedie

H. Arends (1962)

Wagenmenner

Vroeg-klassiek bronzen beeld van een w„ staande in een wagen met vierspan (nu verdwenen). Gevonden in Delphi, wijgeschenk v.d. broer van koning Hieron van Syrakuse; ca. 470 v.C. Delphi, Museum.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Wagenmenner

m. (-s), hij die de paarden voor een wagen ment (meest in toepassing op de Oudheid).

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

wagenmenner

m. -s; voerman.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

wagenmenner

m. (—s) Veroud. hij die een wagen ment. Syn.→ koetsier.

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Wagenmenner

m. (-s), voerman.

2024-04-20
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Wagenmenner

zie Voerman.