Wat is de betekenis van waarnemer?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

waarnemer

Het begrip waarnemer heeft 7 verschillende betekenissen: 1) aandachtige beschouwer. iemand die iets met zijn zintuigen registreert en dit doorgaans aandachtig beschouwt om er de eigenheid van te leren kennen; aandachtige beschouwer. 2) uitvoerder van metingen e.d.. iemand die observaties verricht met betrekking tot zaken, processen o...

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

waarnemer

waarnemer - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die iets waarneemt (werkwoord: waarnemen) Een waarnemer die op de andere heuvel stond had de vogel wel kunnen zien. 2. een tijdelijke vervanger Hij had zich als waarnemer goed gekweten van zijn taak. 3...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

waarnemer

waarnemer - zelfstandig naamwoord uitspraak: waar-ne-mer 1. iemand die waarnemingen doet ♢ hij is in dienst als beurswaarnemer 2. iemand die de situatie volgt en erover rapporteert ♢ tijdens de...

2024-04-25
Golfsportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

waarnemer

→ observer

2024-04-25
Prisma van het weer

Peter Timofeeff (1993)

Waarnemer

Iemand die een meteorologische waarneming verricht. Een betrouwbare waarneming staat aan de basis en aan het einde van de weersverwachting. Een waarneming bestaat uit metingen van een aantal meteorologische elementen, zoals luchtdruk en temperatuur. Andere elementen zijn schattingen, zoals de hoeveelheid en de hoogte van de bewolking en het zicht....

2024-04-25
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

waarnemer

(de, -s), (i.h.b.:) man die bij het kappen van een lijn voor geologische prospectie, materiaal verzamelt en directe waarnemingen doet, lopend achter de kapper en voor de opnemer. De waarnemer die achter hem [de kapper] volgt draagt gewoonlijk het geweer (een hagelgeweer met grove hagel) en blijft opmerkzaam om zich heen kijken, op zoek naar steenmo...

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Waarnemer

s., waernimmer, birêdder.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Waarnemer

m., WAARNEEMSTER, v. (-s), 1. iem. die een waarneming doet, die opmerkt, constateert of observeert; 2. iem. wiens taak het is waarnemingen te doen ; — iem. die een conferentie bijwoont, zonder aan de besprekingen formeel deel te nemen ; 3. iemand die tijdelijk een betrekking vervult voor een ander.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

waarnemer

m. -s: 1. iem., die waarneemt, beschouwer: ik was onvrijwillig waarnemer van dat toneel; 2. hij, wiens taak het is, waar te nemen in een vliegmachine: de waarnemer werd licht gekwetst; 3. tijdelijk ambtenaar: waarnemer op het postkantoor.