Wat is de betekenis van Waanwijsheid?

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Waanwijsheid

s., (waen)wizens, wizigens, wyslikens.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Waanwijsheid

v., ingebeelde wijsheid : de waanwijsheid die zo kenmerkend is voor de halfbeschaafden.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

waanwijsheid

v.; pedanterie.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

waanwijsheid

v. het waanwijs zijn.

Gerelateerde zoekopdrachten