vullen
vullen - Werkwoord 1. (ov) vol maken ♢ Kun jij die prullenbak even vullen met dat papier daar? 2. opvullen. ♢ Jij kan je tijd hier wel vullen.
Wiktionary (2019)
vullen - Werkwoord 1. (ov) vol maken ♢ Kun jij die prullenbak even vullen met dat papier daar? 2. opvullen. ♢ Jij kan je tijd hier wel vullen.
Muiswerk Educatief (2017)
vullen - regelmatig werkwoord uitspraak: vul-len 1. er zoveel in doen dat er niets meer bij kan ♢ hij vult het kopje met koffie Regelmatig werkwoord: vul-len ik vul jij/u vult ...
Peter Joh. M. Zuidweg (2016)
Wordt in het vakjargon ‘farceren’ genoemd het is doen vullen, doorspekken of volstoppen van o.a. eieren, tomaten, artisjokken, avocado’s, borststukken van gevogelte en slachtdieren.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: