vruchten
vruchten - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vrucht
Wiktionary (2019)
vruchten - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vrucht
Peter Joh. M. Zuidweg (2016)
a. Eetbare ooft b. Verzamelnaam van uitgegroeide vruchtbeginselen, die weer verdeeld worden in: bes-, boom-, doos-, dop-, peul-, ensteenvruchten c. Ingelegde/ geconserveerde vruchten (zie: compote)
Fink (1998)
Afhankelijk van de vorm dikwijls als mannelijk of vrouwelijk seksueel symbool te interpreteren (zie de afzonderlijke vruchten). Wie vruchten plukt, zou in deze context - veel liefde kunnen oogsten. Zijn de vruchten echter rot of wormstekig, dan betekent dit dat men binnenkort met ergernis te maken krijgt. Volgens Oudegyptische droomonderzoekers zij...
G. Senger (1985)
De meeste vruchten hebben een sexuele betekenis. Bekijk ze maar eens op vorm, kleur en grootte. Een indeling in ‘mannelijke’ en ‘vrouwelijke’ symbolen is dan niet moeilijk. Ook smaak, herkomst en naam zijn belangrijk. De zoetheid of wrangheid, het sappig of droog zijn completeren de beschrijving. U dient ook na te gaan wat u...
Redactie Gerrit Krediet, Jan Baert, Jac. Bot, Salomon Kleerekoper (1950)
Uit de flora der tropen evolueerden meer plantensoorten met eetbare vruchten, dan uit die der koelere streken. Eeuwenlang voortgezette selectie hield de edelste vormen in cultuur en vormde een lange rij van kostelijke tafelvruchten, fijner van smaak en aroma, nobeler van kwaliteit dan het vruchten-assortiment op grotere afstand van de evenaar aanbi...
Jozef Verschueren (1930)
('vruchtɘn) (vruchtte, heeft gevrucht) [vgl. (gods)vrucht] Veroud. vrezen : „vruchten” komt nog voor in „godsvrucht”.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: