vreesachtig
vreesachtig - Bijvoeglijk naamwoord 1. gauw tot vrees geneigd, angstvallig, bangelijk Woordherkomst afgeleid van vrees met het achtervoegsel -achtig Synoniemen beducht, beschroomd, schroomvallig, schuchter, schuw, bedeesd, verlegen
Wiktionary (2019)
vreesachtig - Bijvoeglijk naamwoord 1. gauw tot vrees geneigd, angstvallig, bangelijk Woordherkomst afgeleid van vrees met het achtervoegsel -achtig Synoniemen beducht, beschroomd, schroomvallig, schuchter, schuw, bedeesd, verlegen
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. bw. (-er, -st), spoedig vrees gevoelend, bang: de haas is zeer vreesachtig; — vervuld van vrees: vreesachtig rondzien; — vrees God, maar, vriend, wees nooit vreesachtig (Gezelle).
Jozef Verschueren (1930)
(vre:z'achtəch) bn. en bw. (-er, -st) van nature bang: de haas is -; rondkijken. Syn. bang.
J.H. van Dale (1898)
VREESACHTIG - bn. bw. (-er, -st), met vrees : vreesachtig rondzien; de haas is zeer vreesachtig, schuw. VREESACHTIGHEID, v. (...heden), het gevoel van angst of vrees; — vreesachtige handeling.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: