Wat is de betekenis van voorzichtig?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

voorzichtig

voorzichtig - Bijvoeglijk naamwoord 1. op een oplettende, rustige manier Ben je voorzichtig met die glazen? Die kunnen beter niet stuk. Woordherkomst Samenstellende afleiding van voor en zicht met het achtervoegsel -ig Antoniemen onvoorzichtig

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

voorzichtig

voorzichtig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: voor-zich-tig 1. wie zorgt dat er bij zijn acties niets misgaat ♢ voorzichtig klom hij op het dak 1. voorzichtig zijn [zorgen dat er bij het vrijen ge...

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Voorzichtig

adj. & adv., foarsichtich, mijen(d), hoeden(d); ietsdoen, eat mei sin dwaen; — en geregeld leven, by 't wâltsje lâns gean.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Voorzichtig

bn. bw. (-er, -st), eig. vooruitziend; rekening houdend met wat zou kunnen gebeuren, zorg dragend dat geen ongelukken gebeuren, behoedzaam: voorzichtig te werk gaan; iets voorzichtig neerzetten ; — je moet nog voorzichtig zijn, je in acht nemen ; — voorzichtig in zijn spreken zijn, niets ondoordachts zeggen ; wee...

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

voorzichtig

bn., bw.; omzichtig, behoedzaam: iets voorzichtig vragen; voorzichtig! past er op!

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

voorzichtig

(vo:r'zichtəch) bn. en bw. (-er, -st) vooruitziend om een mogelijk nadeel te ontgaan : een man; een -e behandeling; iets vragen. Syn. → bedachtzaam.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Voorzichtig

bn. en bw. (-er, -st), 1. eig. vooruitziend; rekening houdend met wat zou kunnen gebeuren, behoedzaam: lopen; met iets zijn, het met zorg behandelen; terughoudend zijn in de toepassing, het gebruik of het voorschrijven ervan; je moet nog voorzichtig zijn, je in acht nemen; 2. niet nadrukkelijk, niet expliciet: voorzichtig naar iets informeren.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)