voorzaat
voorzaat - Zelfstandignaamwoord 1. (familie) persoon waar men van afstamt Woordherkomst samenstelling van voor en zaat Synoniemen voorvader, voorouder Antoniemen nazaat Verwante begrippen stamvader
Wiktionary (2019)
voorzaat - Zelfstandignaamwoord 1. (familie) persoon waar men van afstamt Woordherkomst samenstelling van voor en zaat Synoniemen voorvader, voorouder Antoniemen nazaat Verwante begrippen stamvader
Dr. E. Schröder (1980)
Aan het woord voor-zaat koppelen we dadelijk het woord na-zaat. De eerste woorddelen, voor- en na-, zijn duidelijk. Zaat hangt samen met het werkwoord zitten en de oorspronkelijke betekenis is dus: hij die voor (na) iemand zit in de vervulling van een ambt, dus: voorganger (opvolger). Dan breidt zich de betekenis uit en gaat voorzaat betekenen: voo...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: