Wat is de betekenis van voornaamwoordelijk?

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

voornaamwoordelijk

voornaamwoordelijk - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: voor-naam-woor-de-lijk 1. wat een voorzetsel + naamwoord vervangt ♢ in de zin 'ik kom voor dat feest over, ik kom ervoor over' is 'ervoor' een voornaamwoordelijke vorm 1. voorna...

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Voornaamwoordelijk

bn., pronominaal, van, als, bestaande in een vnw.: de voornaamwoordelijke aanduiding, de aanduiding met een vnw., inz. die met bij, zij en het; voornaamwoordelijk bijwoord, ben. voor bijwoorden, samengesteld met daar, hier en waar, er, ergens, nergens en overal, zoaLs er af, hierdoor, daartoe, ergens op, overal tegen.

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

voornaamwoordelijk

('wo:rdələk) bn. en bw. als een voornaamwoord (gebruikt) : „daardoor” is een bijwoord.

2024-04-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)