Wat is de betekenis van Voorkomen, beletten?

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Voorkomen, beletten

(voorkwam, heeft voorkomen), 1. vlugger zijn dan: iemands wensen voorkomen, ze vervullen nog voor ze uitgesproken zijn ; 2. niet laten plaats hebben, beletten, verhoeden, afweren: een ziekte, een kwaad voorkomen is beter dan herstellen; iemands plannen voorkomen .