Wat is de betekenis van voordeel?

2024-04-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

voordeel

voordeel - Zelfstandignaamwoord 1. profijt. De onrust op de aandelenmarkt was in zijn voordeel. 2. aangename eigenschap Een voordeel van een motorfiets is het lage benzineverbruik per kilometer. 3. (tennis) term die aangeeft dat een spel...

2024-04-16
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

voordeel

voordeel - zelfstandig naamwoord uitspraak: voor-deel 1. wat je kan helpen een doel te bereiken ♢ ik heb veel voordeel van dat abonnement 2. iets wat gunstig is ♢ het is een voordeel dat ik alti...

2024-04-16
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

voordeel

zie buitenwettelijk, extralegaal.

2024-04-16
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

voordeel

voorste deel; wins, nut.

2024-04-16
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Voordeel

s.n., foardiel (it), -deel (it) profyt (it), baet, bate; onverwacht —, útwinder, forfaltsje (it), fortúntsje (it), ynstruijinkje (it); — brengen, fortuten dwaen, fet yn ’e koal jaen, ôffervje, -farvje; flinkbrengen, oanknoffelje, oanslingerje, oankneppelje, oanslaen;...

2024-04-16
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Voordeel

o. (...delen), 1. winst: met voordeel verkopen ; —baat, profijt: met voordeel iets aanwenden ; zijn voordeel met iets doen, het zich ten nutte maken ; — hij is in zijn voordeel veranderd, hij ziet er beter uit; — ten voordele van, ten bate van ; 2. eigenschap of omstandigheid ten gunste, die v&o...

2024-04-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

voordeel

o. voordelen, voordeeltje (winst, nut, profijt; gunstige omstandigheid): elk zoekt zijn voordeel; doe uw voordeel hiermee, maak u ten nutte; voordeel afwerpen, opleveren; dat heeft zijn voordeel; voordeel hebben bij; een voordeel behalen op; voordeel trekken van; dat is in mijn voordeel; hij is in zijn voordeel veranderd; met, zonder voordeel; ten...

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

voordeel

('vo:r) o. (...delen; -tje) 1. Algm. wat iemand profijt aanbrengt : elk zoekt zijn -; doe uw met deze ondervinding; het is in uw -; ten -e. Syn. →: bate (ten). Syn. →: aanwinst. 2. Inz. gunstige omstandigheid.