Wat is de betekenis van volzin?

2024-04-18
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

volzin

volzin - Zelfstandignaamwoord 1. (taalkunde) een tot een volledige zin geordende taaluiting van redelijk grote omvang Woordherkomst samenstelling van vol en zin

2024-04-18
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

volzin

volzin - zelfstandig naamwoord uitspraak: vol-zin 1. lange, goed opgebouwde zin ♢ deze burgemeester spreekt in prachtige volzinnen Zelfstandig naamwoord: vol-zin de volzin de volzinnen...

2024-04-18
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Volzin

s., sin.

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Volzin

m. (-non), tot een volledige zin geordende periode: in afgeronde volzinnen spreken.

2024-04-18
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

volzin

m. volzinnen (een volledig in woorden uitgedrukte gedachte).

2024-04-18
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

volzin

('vol) m. (-nen) reeks van woorden of één woord waardoor een gedachte wordt uitgedrukt: een samengestelde bestaat uit een of meer enkelvoudige zinnen.

2024-04-18
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Volzin

m. (-nen), tot een volledige zin geordend geheel: in afgeronde volzinnen spreken.

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VOLZIN

VOLZIN - m. (-nen), (taalk.) een woord of eene reeks van woorden waardoor eene gedachte wordt uitgedrukt; inz. samengestelde volzin, periode: in flink afgeronde volzinnen spreken. VOLZINNETJE, o. (-s).