Wat is de betekenis van volledigheid?

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

volledigheid

volledigheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: vol-le-dig-heid 1. het volledig zijn ♢ de volledigheid van dit verslag is wel aan te vechten Zelfstandig naamwoord: vol-le-dig-heid de volledigheid

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Volledigheid

s., folsleinens.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Volledigheid

v., eigenschap van volledig te zijn.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)