vogelen
1) (1570) (ook: veugelen) (vnl. Vlaanderen, plat) copuleren, neuken. Bij Cornelis Kiliaan (1529-1607): "Voghelen …. Inire, coire, rem veneream exercere: ab auium salacitae metaphora sumpta." Een vogelaar is een geilaard, terwijl een 'vogelhuis' een bordeel is. • Vogelen, w., o. — Bij het gemeen voor 't Lat. coire, futuere, coitum...