vleeshuis
(16e eeuw, vero.) achterste; lichaam of lichaamsdelen (buik, vagina); ook als omschrijving van de coïtus. • Dat dat vleeschuys vonden meyskens op ghinc. (Jan van Stijevoorts refereinenbundel. vóór 1524) • Maer als ick aen een van beyen most soenen sat, So waer ick liever int Vleys huys, als int kniels vat. (Roemer Vi...