Wat is de betekenis van verzoeken?

verzoeken - Werkwoord 1. (inerg) aan iemand vragen iets al dan niet te doen ♢ Ik verzoek u vriendelijk doch dringend af te zien van uw plannen. ♢ De passagiers werd verzocht hun veiligheidsgordels aan te doen. verzoeken - Zelfstandignaam...

verzoeken - onregelmatig werkwoord uitspraak: ver-zoe-ken 1. zeggen dat je iets wilt hebben of een antwoord wilt krijgen ♢ hij verzocht om stilte Onregelmatig werkwoord: ver-zoe-ken ik verzoek ...

vragen.

(verzocht, heeft verzocht), 1. (overg.), vragen, verzoeken (met een persoon als medewerkend voorwerp). Ik verzoek meneer of me moeder wat mag komen doen (Waller 7). 2. (overg.), dringend vragen, smeken (met een persoon als lijdend voorwerp). Nohar, verzoek hem voor me. Zeg hem dat het geen zin heeft de wereld op je schouders te dragen (Vianen 1971...

v., forsykje, forsiikje; dringend —, dichenje, digenje; (verleiden), forsykje, bikoare, forliede.

...

(verzocht, heeft verzocht), 1. (aan iem.) vragen iets te willen doen, zich tot iets te lenen : hij verzocht ons hem te volgen ; iem. verzoeken zacht te spreken’, men wordt verzocht hier niet te roken : de heren worden verzocht hierheen te komen; — vragen iets te willen geven of toestaan, een verzoek doen : de Koning zeide...

verzocht, h. verzocht (1 uitnodigen; 2 beleefd vragen; 3 beproeven te verleiden; verleiden; 4 tarten): 1. iem. op een bruiloft verzoeken; 2. iem. iets verzoeken; verzoeke van rouwbeklag verschoond te blijven; 3. de slang trachtte Eva te verzoeken; 4. dat is God verzoeken.

(vər'zoekən) (verzocht, heeft verzocht) 1. vragen : een bijstand iemand iets -; ik verzoek u te blijven zitten; verzoeke of men wordt verzocht niet te roken. 2. uitnodigen : iemand op detee-. 3. verleiden, beproeven : de slang trachtte Eva te -. 4. tarten, tergen : dat noem ik God -.