Wat is de betekenis van verwarming?

2024-03-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

verwarming

Het begrip verwarming heeft 2 verschillende betekenissen: 1) het verwarmen. het proces van verwarmen of verwarmd worden. 2) installatie om te verwarmen. installatie om ruimtes zoals woningen en voertuigen mee te verwarmen; vaak ook: centrale verwarming.

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

verwarming

verwarming - Zelfstandignaamwoord 1. het proces van verwarmen De verwarming ging erg langzaam. 2. een installatie die voor het verwarmen zorgt Zij hebben 's winters de verwarming erg hoog staan. Woordherkomst Naamwoord van handeling van...

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

verwarming

verwarming - zelfstandig naamwoord uitspraak: ver-war-ming 1. toestel dat dient om een huis warm te maken ♢ de ketel van de centrale verwarming is stuk Zelfstandig naamwoord: ver-war-ming de verwarming

2024-03-29
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

verwarming

verwarming - Stelsels van onderling verbonden toestellen, bedoeld om gebouwen en andere constructies van warmte te voorzien.

2024-03-29
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Verwarming

dient om ruimten met te lage temp. op de gewenste temp. te brengen. Het eenvoudigste middel hiervoor is het haardvuur. Dan volgt de verwarming door kachel, haard of fornuis. De verwarming hierdoor is tot één vertrek beperkt. Door een centrale verwarmings-installatie kunnen kleine of grote gebouwen of complexen van gebouwen worden verw...

2024-03-29
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Verwarming

een vraagstuk van microklimaat (zie aldaar) en bouwhygiëne.

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Verwarming

s., forwaerming.

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Verwarming

v., 1. het verwarmen, resp. verwarmd worden: brandstoffen voor verwarming ; centrale verwarming : 2. installatie voor het verwarmen : de verwarming is stuk; de verwarming af zetten.