Wat is de betekenis van verslaving?

2025-02-12
Woordenboek Nederlands - Marokkaans Arabisch

Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press

2025-02-12
Winkler Prins Studie

UNIEBOEK | HET SPECTRUM (2024)

2025-02-12
Winkler Prins Junior

Winkler Prins Encyclopedie

2025-02-12
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-02-12
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

verslaving

Het begrip verslaving heeft 3 verschillende betekenissen: 1) het verslaafd-zijn. toestand waarin een persoon lichamelijk en/of mentaal afhankelijk is van een stof, middel of gewoonte; het verslaafd-zijn. 2) grote passie. hobby, liefhebberij of vak waaraan iemand moeilijk kan weerstaan; grote passie. 3) afhankelijkheid van steun o...

2025-02-12
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

verslaving

verslaving - Zelfstandignaamwoord 1. een toestand waarin een persoon fysiek en/of mentaal van een gewoonte of stof afhankelijk is Woordherkomst Naamwoord van handeling van verslaven met het achtervoegsel -ing. Synoniemen [1] addictie Verwante begrippen verslaafdheid, hartstocht, lust, manie, rage, roes, verwoed...

2025-02-12
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

verslaving

verslaving - zelfstandig naamwoord uitspraak: ver-sla-ving 1. het ergens niet meer buiten kunnen ♢ verslaving aan alcohol is een geweldig probleem Zelfstandig naamwoord: ver-sla-ving de verslaving ...

2025-02-12
Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen en Arnoud van den Eerenbeemt (2010)

verslaving

Lichamelijk en geestelijk afhankelijk zijn van iets wat je eet, drinkt of inneemt (eten, alcohol, drugs) of wat je doet (gamen, internetten, gokken, seks enz.). ‘Verslaving’ slaat niet alleen op drugs en drank, maar ook op dingen doen. Mensen die verslaafd zijn en even niet krijgen waaraan zij verslaafd zijn, raken helemaal uit hun doen, worden zen...

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-02-12
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

verslaving

het onvermogen om een genotmiddel als alcohol of een verdovend middel na te laten, zelfs wanneer men weet dat het schadelijk is.