Wat is de betekenis van VERONGELIJKEN?

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Verongelijken

v., forûngelykje, forhûddûkje.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Verongelijken

(verongelijkte, heeft verongelijkt), ongelijk, onrecht aandoen: onbillijk behandelen: wij hebben niemand verongelijkt (2 Cor. 7:2); een verongelijkt gezicht zetten.

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

verongelijken

verongelijkte, h. verongelijkt (onbillijk, onrechtvaardig behandelen): iem. verongelijken, onrecht aandoen.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

verongelijken

(verongelijkte, heeft verongelijkt) 1. ongelijk, onrecht aandoen: iemand -. 2. onbillijk, onrechtvaardig behandelen.

2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Verongelijken

(verongelijkte, heeft verongelijkt), ongelijk, onrecht aandoen; onbillijk behandelen: een verongelijkt gezicht zetten.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VERONGELIJKEN

VERONGELIJKEN - (verongelijkte, heeft verongelijkt), ongelijk aandoen ; (iem.) in het ongelijk stellen. VERONGELIJKING, v. (-en), aangedaan onrecht; beleediging, achteruitzetting.

2024-04-19
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Verongelijken

zie Beleedigen.

Gerelateerde zoekopdrachten