vermoeid
vermoeid - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van vermoeien vermoeid - Bijvoeglijk naamwoord 1. behoefte hebbend om uit te rusten Woordherkomst voltooid deelwoord van vermoeien
Wiktionary (2019)
vermoeid - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van vermoeien vermoeid - Bijvoeglijk naamwoord 1. behoefte hebbend om uit te rusten Woordherkomst voltooid deelwoord van vermoeien
Muiswerk Educatief (2017)
vermoeid - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: ver-moeid 1. zonder glans ♢ met vermoeide stem vroeg moeder ons op te houden 2. wie zich moe voelt ♢ vermoeid ging de jogger op het bankje zitten...
Fa. A.J. Osinga (1952)
adj. & adv., wurch, warch, ta’n ein, to'n ein, oan (’e) ein, yn (’e) ein út ’e liken, út ’e heakken, út ’e hingen, út 'e rifels; (van de reis), forreizge; (van het lopen), forsjoud.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. (-er, -st), moe zijnde, zich moe gevoelende : vermoeid zijn door het vele werken, drukke studeren, het lange staan ; de vermoeide ogen sluiten ; — als van iem. die moe is: met vermoeide stem iets voorlezen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: