Wat is de betekenis van verloskundige?

Het begrip verloskundige heeft 2 verschillende betekenissen: 1) vroedvrouw. iemand die voor zijn beroep ongecompliceerde zwangerschappen en normale bevallingen begeleidt, en in de kraamtijd moeder en kind medisch controleert en verzorgt; ook: het beroep van verloskundige; vroedvrouw. 2) arts-specialist voor obstetrie. gynaecoloog met...

Iemand die is opgeleid om een vrouw bij de bevalling bij te staan en die door regelmatige controle het verloop van de zwangerschap volgt.

verloskundige - zelfstandig naamwoord uitspraak: ver-los-kun-di-ge 1. vrouw die voor haar beroep vrouwen helpt bij de bevalling ♢ ik moet naar de verloskundige voor controle Zelfstandig naamwoord: ver-los-kun-di-ge d...

Vroedvrouw. Dat woord wordt nogal gauw geassocieerd met grijpgrage handen en klinkt ook een beetje bruut. Een veel zachtere benaming is verloskundige. Dat omtrent die levensvatbaarheid (van de vrucht) beslist de verloskundige of de vroedvrouw. Bijv. Stbl. 1882, geciteerd in WNT Volgens Iedema kan een verloskundige een ‘risicozwangere’ pri...

...

m. on v. (-n), vroedmeester, accoucheur ; vroedvrouw.

m. en v. verloskundigen (dokter in de obstetrie; ook: een vroedvrouw).

(Fr. = accoucheur, D. Hebamme, Eng. midwife). Langen tijd is het gewoonte geweest de mannen, artsen, die zich bijzonder toelegden (specialiseerden) op het verleenen van raad en bijstand bij de verlossing van de vrouw, accoucheur te noemen. De vrouw, die zich hiermede bezighield, werd accoucheuse genoemd. In Nederland mag de verloskunst beoefend wor...

accoucheur, accoucheuse, is hij of zij, die de verloskunde uitoefent en daartoe bij de wet bevoegd is verklaard. Dit zijn in Nederland: 1°. stedelijke en plattelandsche vroedmeesters, die nog onder de wetten vóór 1865 hun diploma behaalden en waarvan er nog een enkele leeft; 2° de artsen volgens de Wet van 1865; 3°...