Wat is de betekenis van VERLOFTIJD?

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Verloftijd

m. (-en), duur van het verlof.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

verloftijd

m.: mijn verloftijd is om.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

VERLOFTIJD

VERLOFTIJD - m. (-en), duur van het verlof : mijn verloftijd is bijna om.