Wat is de betekenis van verkleinen?

verkleinen - Werkwoord 1. (ov) tot minder grote proporties terugbrengen ♢ De klassen zouden verkleind moeten worden. Woordherkomst Afgeleid van klein met het voorvoegsel ver-.

verkleinen - regelmatig werkwoord uitspraak: ver-klei-nen 1. minder worden of maken ♢ na de verkiezingen was de aanhang van de partij aanzienlijk verkleind 2. kleiner maken ♢ met deze uitbouw va...

v., forlytsje.

...

(verkleinde, heeft verkleind), 1. kleiner maken; — een kleiner beeld geven (van): deze bril verkleint; — op kleinere schaal maken : een landkaart, een plan, een tekening verkleinen', — (rekenk.) breuken verkleinen, vereenvoudigen ; 2. geringer maken, verminderen: deze daad heeft zijn aanzien verkleind...

verkleinde, h. verkleind (kleiner, geringer maken): iems. verdienste verkleinen, geringer voorstellen; een kaart verkleinen, d.i. op kleiner schaal overtekenen; een breuk verkleinen, vereenvoudigen.

(penningkunst), ➝ Reduceeren (2°).

(verkleinde, heeft verkleind) 1. klein(er) maken. 2. geringer voorstellen: iemands verdiensten -. 3. zich -, zich vernederen. 4. Rek. vereenvoudigen: een breuk -.

(verkleinde, heeft verkleind), 1. kleiner maken; een kleiner beeld geven (van): deze bril verkleint; op kleinere schaal maken: een tekening verkleinen; 2. geringer maken, verminderen: deze daad heeft zijn aanzien verkleind; 3. kleiner voorstellen: iemands verdiensten verkleinen; de betekenis van iets verkleinen.